Premsela, Nederlands Instituut voor Design en Mode, en Capital D, een Eindhovens designplatform, schreven in de zomer van 2012 een wedstrijd uit: ‘het bedenken en uitwerken van concepten ter verbetering van in het bijzonder het Eindhovense straatleven en de openbare ruimte’. De winnaar mocht het ontwerp uitvoeren, maar moest daarvoor het prijsgeld (10.000 euro) gebruiken. Gratis ontwerp, dus.
Gratis kunstjes
Paul Beerten, designer en eigenaar van LaVerbe, reageert in de LinkedIn-groep van de beroepsvereniging BNO: ‘Dus naast de pitches en aanbestedingen van overheid en bedrijven waarmee de ontwerpsector wordt gevraagd gratis een kunstje te doen, gaat de sector zelf dit gedrag ook nog kopiëren […] en ze communiceren dat design geen serieus vak is.’
De grenzen van gratis komen bij prijsvragen en pitches als deze in zicht. Dure schoenen lopen lekker, zegt met wel eens. Kwaliteit komt met een prijs. En wat gratis is, kan bijna niet goed zijn. Wetmatigheden uit de marketing, die de grenzen aangeven van het adagium ‘wie niet kan delen, kan ook niet vermenigvuldigen’.
Evenredigheid is de voorwaarde
De schoen bij de prijsvraag van Premsela en Capital D wringt hem bij de evenredigheid. Delen is pas een feest wanneer de deelnemers evenredig kunnen profiteren. En dat lijkt bij de economisch belanghebbenden die op de achtergrond van deze prijsvraag genoeglijk wachten op gratis pr voor hun zaken niet het geval te zijn. Wie loopt er hier weg met de winst? De ondernemers van Eindhoven of de winnende ontwerper?
Naar aanleiding van de heftige discussie die met de bezwaren van Paul Beerten ontstond, besloot de BNO de organisatoren te bewegen de wedstrijd aan te passen. ‘Uitsluitend wedstrijden die worden uitgeschreven voor studenten kunnen de instemming van de BNO krijgen.’ Toegegeven, een stap in de richting… Blijft nog de kwestie van de evenredigheid.
Echt delen: geen aap uit de mouw
De artiest die op een benefietvoorstelling gratis optreedt, doet dat met minder genoegen als hij erachter komt dat de geluidstechnici wel betaald worden. Gelijke inzet, gelijke uitgangspunten, voor allen, en dat duidelijk communiceren, dat lijken de uitgangspunten voor een succesvol en duurzaam delen. Bij wedstrijden en bij aanbestedingen. Geen commerciële apen uit welke mouw dan ook, dus.